Zoals voor mij het bos van alles lijkt te verschuilen, onbekende geluidjes, de roep van een vogel, geritsel tussen de blaadjes en het gefilterde licht van de zon door de bladeren en takken van de bomen. Zo open is het strand voor mij. Schoonmakende zilte lucht (soms bijna martelend als de scherpe lucht je huid raakt), de zon die fel in je gezicht schijnt op het moment dat het achter een wolk vandaan komt. En toch, de zee, ja de zee is natuurlijk een bron van mysteriën. Want bij elke nieuwe golf die over het strand rolt, laat ze weer iets voor je achter. Een schelp, een steen, een stukje hout, dode diertjes, en helaas ook de minder mooie kant van de mensheid.
En voor mij en mijn kleine meid was het een zoektocht naar het mooiste voorwerp. En weet je, voor een kind maakt het niet uit hoe de schelp eruit zag. Voor haar is een hele schelp mooi, een schelp met mooie kleuren, een grote een kleine schelp. Maar ze kwam mij vol trots ook de gebroken schelpen brengen, kleine snippers van ooit eens hele schelpen. Maar het enige wat mijn meisje zag was een prachtige schat die de zee voor haar had achtergelaten.
Daar kregen wij een mooie les voorgeschoteld door de ogen van een kind.